Je bent niet ingelogd. De nieuwsbrief bevat mogelijk gebruikersinformatie, dus deze wordt mogelijk niet correct weergegeven.

100 jaar vrouwelijke hoogleraren (Westerdijk jaar)

100 jaar vrouwelijke hoogleraren (Westerdijk jaar)

 

 
Geen afbeeldingen? Webversie
 
 
 

100 jaar vrouwelijke hoogleraren

Dit jaar is het 100 jaar geleden dat de eerste vrouwelijke hoogleraar in Nederland werd benoemd aan de Universiteit Utrecht: Johanna Westerdijk. Ze was hoogleraar in de fytopathologie (plantenziektekunde) en ook directeur van het Centraal Bureau voor Schimmelcultures.

hoogleraar b

Deze nieuwsbrief staat in het teken van 100 jaar vrouwelijke hoogleraren.

Van 1 naar 568

hoogleraren

Op dit moment zijn 568 van de 3151 hoogleraren in Nederland vrouw. Dat is 18%. In 1990 was dat nog 2,8%. Het aantal vrouwelijke hoogleraren groeit langzaam, maar weerspiegelt nog lang niet het aantal vrouwelijke wetenschappers op de lagere functieniveaus. 

grafiek

Naar verwachting zal er, op basis van het groeitempo van de afgelopen 10 jaar, pas in 2054 sprake zijn van 50% vrouwelijke hoogleraren.

Zie voor meer informatie de Monitor Vrouwelijke Hoogleraren 2016

 

 

 

Om het aantal vrouwelijke hoogleraren te bevorderen hebben enkele universiteiten fellowships in het leven geroepen die zich specifiek op vrouwen richten. Bijvoorbeeld:

Westerdijk Fellowship van de Universiteit Utrecht

Rosalind Franklin Fellowship van de Rijksuniversiteit Groningen

Delft Technology Fellowship van de Technische Universiteit Delft

 

Rosanna fund

Het Rosanna Fund van de Universiteit Utrecht is opgericht door Prof. Rosi Braidotti and Prof. Anneke Smelik. Het heeft als doel vrouwelijke studenten en wetenschappers te ondersteunen bij het maken van een cruciale stap in hun loopbaan. In samenwerking met het UAF selecteert het fonds getalenteerde vrouwelijke vluchtelingen-studenten en helpt hen met een financiële bijdrage hun studie voort te zetten. 

Tijdens een speciaal evenement in het Westerdijkjaar zal begin maart ter gelegenheid van Internationale Vrouwendag het Rosanna Fonds de eerste beurs uitreiken aan een getalenteerde vrouwelijke studente van de UU, die via het UAF (http://www.uaf.nl/) geld zal ontvangen om te kunnen studeren.

rosanna

 

Om 100 jaar vrouwelijke hoogleraren te vieren vinden er dit jaar een aantal initiatieven plaats.

Westerdijkviering

Op 10 februari vindt aan de Universiteit Utrecht de Westerdijkviering plaats. Minister Jet Bussemaker zal dan het Westerdijkjaar openen. Johanna Westerdijk sprak op 10 februari 1917 om 14:00 haar oratie uit. De Universiteit Utrecht, de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen en de Universiteit van Amsterdam vieren dit historische moment. Dagvoorzitter is Athena’s Angel Ineke Sluiter.

Zie hier meer informatie over de Westerdijkviering.

westerdijk

Het Universiteitsmuseum Utrecht heeft ook een Johanna Westerdijk collectie.

Op 6 maart 2017, vlak voor de internationale vrouwendag, zal tevens in het Academiegebouw van de Universiteit Utrecht de portrettengalerij van Utrechtse vrouwelijke hoogleraren feestelijk worden onthuld.

Houd hiervoor, en voor andere initiatieven in het Westerdijkjaar, de westerdijkwebsite van de UU in de gaten.

100jaar

knaw

KNAW breidt aantal vrouwelijke leden uit

Dit jaar zal de KNAW in twee extra verkiezingsrondes in totaal zestien vrouwelijke topwetenschappers selecteren voor het lidmaatschap. De KNAW heeft op dit moment 556 leden, waarvan 13 procent vrouw. Met dit besluit wil de KNAW bijdragen aan een betere vertegenwoordiging van vrouwen op belangrijke posities in de wetenschap. Directe aanleiding voor het initiatief is de viering van het Westerdijkjaar.

Lees hier meer over dit initiatief van de KNAW.

 

 

nos

100 extra vrouwelijk hoogleraren

In 2017 is het precies honderd jaar geleden dat de eerste vrouw door het Glazen Plafond van het hoogleraarschap heen brak. Op initiatief van Athena's Angels markeert de Minister dit jubileum door de aankondiging van honderd nieuwe leerstoelen voor vrouwelijke hoogleraren.

Deze leerstoelen komen tot stand in een unieke samenwerking van de Universiteiten (VSNU) en het Ministerie van OCW, met steun van KNAW, NWO en LNVH. Aanvullend op deze leerstoelen worden de komende jaren uiteraard ook vrouwelijke kandidaten benoemd op een deel van de regulier vrijkomende leerstoelen. Door deze extra inspanning wordt het streefcijfer van 25% vrouwelijke hoogleraren in 2020 (de Lissabondoelstelling) gehaald.

Lees hier meer over dit initiatief.

 

 

tu

Door de ogen van mijn dochter

De Technische Universiteit Eindhoven heeft ambitieuze plannen om het aandeel vrouwelijke studenten, stafleden, en hoogleraren te vergroten. Het College van Bestuur heeft hiertoe verschillende initiatieven genomen.
In samenwerking met Athena’s Angels heeft de TU/e een serie filmpjes laten maken, waarin vooraanstaande wetenschappers uit Eindhoven naar de universitaire wereld kijken door de ogen van hun dochter.
In het Westerdijk jaar daagt de TU/e zichzelf uit aan de hand van deze filmpjes kritisch te kijken hoe de wetenschap en de universiteit zou moeten veranderen om een wetenschappelijke loopbaan aantrekkelijker te maken voor vrouwen.

aa

Houd voor meer informatie tue.nl en youtube.com/tueindhoven in de gaten.

 

 

 

boekErvaren bollen

Patricia Faasse

 

 

 

Baarn, 7 februari

Stien, Amsterdam is sinds 1 week geschied en alles drängt sich so dass keine Zeit zum Schreiben bleibt.’

Typisch Johanna – Hans – Westerdijk. Waar ze op doelt, is dat de Amsterdamse gemeenteraad in zijn vergadering van 30 januari 1930 besloten heeft haar te benoemen tot buitengewoon hoogleraar in de fytopathologie aan de Gemeente-universiteit (tegenwoordig de Universiteit van Amsterdam). Deze Amsterdamse leerstoel is haar tweede hoogleraarschap. De eerste aanvaardde ze ruim tien jaar eerder, op 10 februari 1917 om precies te zijn..

In de overvolle Aula van de Universiteit Utrecht zag het publiek toen voor het eerst in de vaderlandse geschiedenis een vrouw in toga. ‘Toen zij – een historisch feit! – het trapje naar den hoogen katheder had beklommen, en het deurtje, dat zoo veel jaren achtereen slechts voor mannen was geweken, had geopend, kwam haar van uit de volle zaal een hartelijk en gul applaus tegemoet’, schreef een ontroerde verslaggever een dag later in de krant.

aula b

Johanna Westerdijk na haar oratie in Utrecht.
Foto: Utrechts Universiteitsmuseum.

Met de Amsterdamse leerstoel in het vooruitzicht krijgt Westerdijk het drukker dan ooit. De hierboven aangehaalde brief is dan ook een klemmend beroep op Christine Buisman, Westerdijks eerste promovenda die haar studie niet in Utrecht, maar in Amsterdam voltooide, om haar assistent te worden. ‘Voor Amsterdam krijg ik recht op aanstelling van een assistent à F 2000, in te gaan op 1 maart. Als jij (…) die baan wilt hebben, legt W.C.S. [Phytopathologisch Laboratorium Willie Commelin Scholten, een particulier laboratorium, waarvan Westerdijk ook directrice is, pf] er F 500 bij. Ik zou ’t heerlijk vinden je nog wat hier te hebben: er moet zoveel op gang gebracht, waarvoor een ervaren bol noodig is!’

De toon van de brief is Westerdijk ten top. Amicaal, informeel, hartelijk, en nauwelijks te rijmen met de hooggeleerde status waarin het gros van de professoren zich in die tijd placht te hullen. Maar de inhoud is verrassend hedendaags.

lab b

Net zoals de meeste hoogleraren nu, vult Westerdijk een groot deel van haar tijd met het lospeuteren van geld om onderzoek te kunnen (laten) doen. En net zoals nu, heeft ze meestal niet meer in de aanbieding dan een tijdelijk contract of een los assistentschap. Haar vaste staf is klein, en telt zelfs in hoogtijdagen niet meer dan vijf mensen. Het leeuwendeel van het plantenziektekundig onderzoek, waarmee haar laboratorium uiteindelijk wereldfaam verwerft, wordt uitgevoerd door promovendi. In totaal leidt Westerdijk er 56 op. Dat is opmerkelijk veel, in aanmerking genomen dat de plantenziektekunde slechts een bijvak is en niet in Utrecht of Amsterdam, maar in het buitengelegen Baarn gegeven wordt. Maar het laat onverlet, dat het wetenschappelijk onderzoek in handen is van jonge onderzoekers, met een tijdelijke aanstelling en een onzekere toekomst.

Het grote verschil met tegenwoordig zit in de wijze van selecteren. Voor Westerdijk (en haar tijdgenoten) is het volstrekt vanzelfsprekend dat zij zélf beoordelen wie geschikt is als onderzoeker en wie niet. Op geen enkele manier doen zij een poging om hun keuze te objectiveren of in getallen te vangen; het oordeel over de kwaliteiten van een kandidaat is simpelweg in handen van de professionele gemeenschap, de peers, of, en in de meeste gevallen zelfs, de individuele hoogleraar. Westerdijk heeft ‘een ervaren bol’ nodig – en Stien is die bol, punt uit.

westerdijk b1

Is daarmee is ook de kans verkleind, dat de hoogleraar zich met ‘gelijken’ of ‘gelijkgestemden’ omringt? Van Westerdijks 56 promovendi was bijna de helft vrouw. Haar staf bestond vrijwel uitsluitend uit vrouwen. Klik op internet een willekeurige foto van Westerdijk aan, en je ziet haar, omringd door vrouwelijke medewerksters, assistentes of vriendinnen. In de context van een door mannen gedomineerde wetenschappelijke wereld, biedt dit toneel een verfrissende aanblik.

lab2Ik vermoed dat Westerdijk inderdaad een scherp oog had voor de achtergestelde positie van vrouwen in de wetenschap – en eenvoudigweg deed, wat generaties hoogleraren voor haar ook deden: haar positie gebruiken om vrouwen met lef en talent aan een baan of een stap in hun academische carrière te helpen.

Oproep

We roepen iedereen op ons te informeren over andere activiteiten die gaande zijn, in het kader van het Westerdijk jaar, zodat we hier bekendheid aan kunnen geven via onze website

kwaliteit